
Passend Onderwijs Almere meet breed en gedetailleerd met de Monitor AOJ
"Er zijn forse stappen gezet op het gebied van kennis van elkaars doelstellingen en verantwoordelijkheden."
De vragenlijsten van de Monitor AOJ zijn uitgezet bij ouders en jongeren, professionals in de uitvoering en beleidsmedewerkers betrokken bij onderwijs en zorg. De opvallende resultaten uit de monitor op het gebied van samenwerking zijn inzichtelijk gemaakt en besproken met betrokkenen uit het werkveld. De regio heeft in 2018 aan Vincent Fafieanie, adviseur van de Monitor AOJ namens het NJi, gevraagd mee te kijken naar de conclusies die er uit de hoeveelheid informatie van de monitor te trekken vallen.
Aandachtspunten bij respons
In Almere zijn erg veel professionals zijn benaderd. Een groot deel reageert op het verzoek de vragenlijsten behorende bij de monitor in te vullen. Doorgaans wordt er een verdeling gemaakt tussen drie beroepsgroepen: onderwijs, jeugdzorg en gemeentelijke instellingen. Binnen Almere zijn deze drie groepen verfijnd en opgedeeld in 12 categorieën. Dit levert een gedetailleerd en breed beeld op. Een nadeel hiervan is echter wel dat binnen deze categorieën soms maar één respondent de monitor heeft ingevuld. Dit betekent bijvoorbeeld dat bijna de helft van de 12 categorieën bestaat uit slechts één of twee personen. Data met als vermelding N=1 of N=2, zijn dan lastig te vertalen naar een algemeen beeld. Bovendien zou het kunnen zijn dat door een personeelswisseling de N=1 in 2015 een andere persoon was dan de N=1 in 2018. Scores laten zich dan niet gemakkelijk in de tijd met elkaar vergelijken.
Ouders
Het valt op dat de respons vanuit ouders met een leerlingen in het SBO nihil is. Slechts één ouder heeft de moeite genomen deze monitor in te vullen. Een verklaring hiervoor is wellicht te vinden in het feit dat deze groep ouders regelmatig allerlei vragenlijsten en evaluaties moet invullen. Hierdoor kan er een soort vermoeidheid ontstaan ten aanzien van het invullen van deze monitor. Een overweging kan zijn om bepaalde vragen uit de NJI-vragenlijsten mee te nemen in eigen evaluaties of vragenlijsten, zodat je ouders niet dubbel belast. Een andere optie kan zijn om ouders te verzoeken de monitor in te vullen, op het moment dat een traject afgesloten wordt. De NJI-monitor staat namelijk het gehele jaar gewoon ‘open’.
Eigen organisatie
Een ander aandachtspunt is het waarborgen van een voldoende respons binnen de eigen organisatie. Feit is dat veel professionals doorlopend worden gemaild met de vraag een tevredenheidonderzoek of evaluatie in te vullen en niet altijd duidelijk is wat de relevantie van dit verzoek. Zo viel het aantal respondenten vanuit SWV PO dat de monitor heeft ingevuld wat tegen. Dit vraagt om een andere aanpak in 2019.
Resultaat
Het NJi heeft ervoor gekozen om met ingang van 2018 geen kant en klare rapporten meer af te leveren. Men gaat ervan uit dat met begeleiding van een NJI-medewerker er een eigen rapport kan worden opgemaakt op basis van de data die op de website te vinden zijn. Nadeel hiervan is dat het niet eenvoudig is, om een in opzet en inhoud vergelijkbaar rapport te maken dat een zelfde structuur kent als het rapport van 2017. Toen is op basis van de rapportage van het NJI en het gesprek met Vincent Fafieani in 2018 een eigen rapport opgesteld. Nu worden beide rapporten direct in één gevoegd.
De uitkomsten zijn onderverdeeld in de volgende thema’s:
- Tevredenheid en opmerkelijke bevindingen;
- Samenwerking in het werkproces;
- Kennis van elkaars doelstellingen en verantwoordelijkheden;
- Samenwerken volgens bepaalde principes;
- Afspraken in de praktijk.
De Monitor AOJ heeft voor Almere naast bepaalde domeinen nog een aantal losse aspecten over het voetlicht gebracht, waaronder informatie over het handelen bij verschil van inzicht, de beschikbaarheid van hulp en jeugdhulpprofessionals, de ontwikkeling van OZA’s en het snel en effectief handelen door de organisatie.
Uit de resultaten blijkt, dat ouders tevreden zijn over de mate waarin ze zich serieus genomen voelen, het vroegtijdig signaleren, de informatievoorziening en hun eigen inbreng en aandeel in het traject. Minder tevreden zijn de ouders over het op tijd reageren als er zorgen waren, de effectiviteit van de hulp en hieraan gekoppeld het maatwerk binnen het begeleidingstraject.
Ook de jongeren zelf geven aan slechts gering effect van de begeleiding te ervaren. Slechts 37% is tevreden over het effect hiervan. Ook is maar een beperkt deel van de jongeren tevreden over de wijze waarop onderwijs en jeugdhulp met elkaar hebben samengewerkt (41% tevredenheid). Positiever zijn de jongeren over de informatievoorziening en in hun begrip voor de bedoeling en de noodzaak van de gesprekken. Iets meer dan de helft van de jongeren geeft aan dat er niet snel genoeg gehandeld is, nadat de zorgen zijn gesignaleerd.
Gezien het gering aantal respondenten zijn de doelen met betrekking tot de interne evaluatie helaas niet helemaal gehaald.